Adios, Chile
Tijdens de busreis van Salta naar San Pedro de Atacama reden we een klein stukje over de weg die met onze huurauto de dag ervoor hadden gereden, daarna gingen we verder de Andes in. De bus moest een berg van maar liefst 4170 meter beklimmen. Het uitzicht wat we de hele dag hadden was fantastisch. Eerst dus die spectaculaire bergen, daarna reden we langs verschillende zoutvlaktes.
Deze keer zijn we zonder problemen op de verwachte aankomsttijd aangekomen en toen we in San Pedro aan kwamen waren we toch wel verrast. We wisten van tevoren dat het geen stad á la Salta zou zijn, maar we hadden toch een dorp vergelijkbaar met Pucon (ook Chili) verwacht. En dat was het bepaald niet. Het dorp ligt midden in de woestijn, bestaat uit een paar straten en totaal wonen er 2.000 mensen; het stelt dus eigenlijk niets voor. Omdat het midden in de woestijn ligt is het redelijk geïsoleerd; als er geen toeristen zouden komen zou het waarschijnlijk ook niet bestaan hebben. Dankzij de locatie heeft het bijna altijd mooi weer; gemiddeld heeft het 335 dagen zon per jaar. Opvallend genoeg is het als wij er zijn af en toe bewolkt, zal je net zien. Wel kunnen we dankzij de wolken mooiere foto’s maken, als er geen wolken zijn, zijn de foto’s snel overbelicht.
Het dorp heeft een leuke sfeer. Omdat alles op toeristen gericht is, is het wel een beetje een kunstmatige sfeer maar ze doen in ieder geval hun best. We hebben een leuk hostel en vanaf de rand van het dorp heb je een fantastisch uitzicht op het Andes gebergte. Dit deel van de Andes bestaat voornamelijk uit actieve en inactieve vulkanen en tijdens de zonsondergang kleuren ze mooi rood. Goed begin!
Uiteraard zijn we niet alleen voor het dorp en de vulkanen gekomen, er is meer te doen. Later op de avond regelen we namelijk nog twee toertjes; we gaan de volgende dag eerst naar een geothermisch gebied en later op de dag naar de Maan vallei (inclusief een bezoek aan Death Valley). Het is wel even slikken als we horen hoe laat we de volgende ochtend klaar moeten staan; 4.00h! Ondanks het tijdverschil van 6 uur met Nederland staan we die dag mogelijk tegelijk met jullie op. Uiteraard laten we ons niet kennen en we staan stipt om 4.00h fris en fruitig klaar om naar de bronnen te gaan. Om er te komen moeten we 2 uur bussen en tijdens deze busreis klimmen we naar een hoogte van zo’n 4.200 meter (San Pedro zelf ligt op zo’n 2.400 meter). We gaan zo vroeg naar het gebied omdat je dan het beste de stoom en de geothermische activiteit in het algemeen kunt zien. Het water in de bronnen kookt (op deze hoogte ligt het kookpunt van water op 85 cgraden) en op dit tijdstip (inmiddels 6.00h) is het op deze hoogte zo’n -7 cgraden. Een mooi contrast dus en dat zie je vervolgens direct in de bronnen terug; grote stoom wolken zijn vanaf de bronnen zichtbaar. Uiteraard wel erg koud en met name onze handen moeten het ontzien. Zeker de moeite waard en ondanks dat we geothermische bronnen eerder in Nieuw-Zeeland hebben gezien, blijft het spectaculair en fantastisch om te zien. Dankzij de hoogte hebben de bronnen wel een uniek kenmerk; het zijn de hoogste gelegen geothermische gebieden ter wereld. Wel klopt de naam die de Chilenen aan het gebied gegeven hebben, geothermische geisers, niet helemaal. Het water komt dankzij het koken redelijk hoog, maar toch niet zo hoog als je van een geiser mag verwachten. Wel is het bezoek ondanks het vroege tijdstip en de kou een bijzondere ervaring.
Tijdens de tour gaan we later nog een naar een heel klein dorpje op zo’n 4.100 meter. Dorpje op zich is best aardig, maar als je bedenkt dat mensen normaal gesproken boven de 3.000 meter niet goed kunnen leven (krijgen dan veel last van hoofdpijn en slapen slecht), bewonderen we de bewoners (100 stuks) meer over het feit dat ze hier kunnen (en willen) leven. Wel heeft de lokale restauranthouder net de barbecue aangezet en hij was een spies met Lama vlees aan het braden. We hebben een spies geprobeerd en het smaakte super; heerlijk mals. Aan het einde van de tour lopen we nog een stukje door de Cactus Canyon. Uiteraard staan hier veel cactussen en de gids legt uit dat ze een 1 cm per jaar groeien. We zien verschillende exemplaren van wel 3 meter hoog en dan kun je dus nagaan dat deze cactussen ongeveer 300 jaar oud met zijn, indrukwekkend!
In de middag zijn we naar de Maan Vallei, of zoals in het Spaans Valle de Luna, geweest. De vallei is een gebergte vlakbij San Pedro en het bestaat voornamelijk uit zoutbergen. Ongeveer 10 miljoen jaar geleden was het een zoutvlakte, maar door de beweging van tektonische platen is het in een gebergte veranderd. Wederom weer bijzonder om te zien. We hebben een lekkere wandeling door het gebied gemaakt en tijdens die wandeling vertelde de gids meer over het gebied. Zo vertelde hij dat er maar 35 mm regen per jaar valt. Dat is uiteraard te weinig om van te leven en het dorp gebruikt het smeltwater van de Andes voor hun drinkwater. Een ander opvallend verhaal was dat er in dit gebied veel gevochten is. Oorspronkelijk hoorde dit deel van Chili bij Bolivia en de Chilenen hebben het na een bloederige oorlog geclaimd. Omdat dit voor de Bolivianen de enige verbinding met de zee was en ze vervolgens geen haven meer hebben, ligt dit punt erg gevoelig in de regio. Ook met Peru en Argentinië zijn er verschillende oorlogsdreigingen geweest en daarom liggen er in het gebied nog veel mijnen. Sommige bergen/vulkanen kun je niet beklimmen omdat er nog mijnen liggen.
’s Avonds hebben we via een nachtbus naar Arica San Pedro al weer verlaten. Eigenlijk waren we van plan om langer in San Pedro te blijven, maar ondanks dat we een super dag hebben gehad is er verder niet zo veel in San Pedro te doen. Uiteraard zijn er nog meer mooie bergen en meertjes te bezoeken, maar omdat deze erg op de Maan vallei lijken hebben we dat niet gedaan. We hebben nog wel even getwijfeld om opnieuw een vulkaan te beklimmen. Maar omdat de top van de vulkaan op ruim 5.100 meter ligt en we voor deze hoogte nog onvoldoende geacclimatiseerd zijn (we zaten een dag ervoor nog in Salta op 1.200 meter) hebben we dit niet gedaan. De kans dat je de wandeling met een stekende hoofdpijn moet doen is dan erg groot en waarschijnlijk niet echt gezond. Daarnaast vonden we wandeling ook niet echt leuk. Met een auto wordt je naar een hoogte van 5.000 meter gebracht en je loopt vervolgens de laatste 100 meter. Als echte sportmensen (hahaha) voelt dat een beetje als vals spelen. In Pucon moesten we 1400 meter klimmen en die uitdaging zorgde voor een extra dimensie.
Het enige nadeel van de busreis naar Arcia was het tijdstip waarop de bus in Arica aankwam; 6.00h. In Azië, India in het bijzonder, zijn we vaker op dit tijdstip in een stad aangekomen en je merkt toch duidelijk dat een cultuur daar er opgericht is. Je kunt altijd wel ergens een ontbijtje scoren of is het mogelijk om al bij een hotel in te checken om vervolgens nog een uurtje te slapen. In Zuid-Amerika ligt dat toch wel anders, daar gaat alles rond een uur of 10 pas leven. En omdat we dit wisten hadden we van tevoren al contact met het een hostel gezocht en gelukkig hadden om 6 uur al direct een kamer voor ons beschikbaar. In de stad was er nog niets open en daarom waren we extra blij dat we nog even konden slapen.
Na een paar uurtjes lekker geslapen te hebben, hebben we een huurauto voor het weekend geregeld. Arica ligt in het uiterste noorden van Chili (vlakbij Peru) en de belangrijkste attractie is het Lauca nationaal park. Dit gebied ligt op ruim 4.000 meter en omdat Arica een kustplaats is en dus op zee niveau ligt, is het wel een uitdaging om er te komen. Verschillende organisaties bieden tourtjes naar het gebied aan, maar omdat het nu laag seizoen is bieden ze voornamelijk de korte en minder interessante tourtjes aan. Wij willen graag wat meer van het gebied zien en daarom gaan we weer lekker zelfstandig met een huurauto op pad. Omdat sommige padden erg slecht zijn is het deze keer wel een 4x4.
Omdat we een weekenddeal bij het verhuurbedrijf hebben geregeld kunnen we pas rond 12.00h de auto ophalen. ’s Ochtends gebruiken we onze tijd nuttig door een aantal zaken te regelen en nog wat laatste boodschappen te doen. Niels wil bijvoorbeeld ook nog even naar de kapper en daar hebben nu mooi de tijd voor. Bij de kapper wordt weer even duidelijk dat we verre van perfect Spaans spreken. We proberen uitleggen hoe Niels geknipt wil worden, maar de kapper kijkt niet overtuigend. Op een gegeven moment komt hij met een plaatsjesboek aan zetten en we kunnen dan aanwijzen hoe het moet worden. Omdat het boek alleen jaren 80 kapsels bevat halen we onze laptop te voorschijn en laten een aantal foto’s van Niels zien. De kapper begrijpt het en gaat aan de slag, we hebben erg gelachen! Niels heeft later een lekker kort koppie en omdat we de bergen in gaan kopen we voor de zekerheid een typische Andes muts.
Rond 12.00h krijgen we onze auto, een mooie rode Toyota Hilux; een grote mooie pick-up. Lisette vindt hem veel te groot, al rijdt hij wel erg lekker. De auto past prima in de omgeving, we missen alleen onze cowboyhoed. We krijgen alleen een uitdaging met de brandstof. In de buurt van het nationaal park zijn geen tankstations en met een volle tank redden we het niet om terug naar Arica te komen. Als het goed is kunnen we in Putre, een dorpje vlakbij het nationaal park, bij restaurantjes een kan met diesel kopen. Hopelijk hebben ze gelijk.
Zaterdag zijn we het nationaal park in gegaan. Het park ligt zo’n 900 meter hoger dan Putre, Putre ligt op zo’n 3.500 meter en het park op 4.400 meter, en in het begin voelen we het verschil in hoogte. Het is geen hoofdpijn, maar we voelen wel een druk op ons hoofd. Op zich niet vervelend, wel moeten we het even in de gaten houden.
Vandaag gaan we de weg rijden die volgens het autoverhuur bedrijf zo slecht is dat we een 4x4 nodig hebben, we zijn benieuwd… Het uitzicht is fantastisch! We zien een soort maanlandschap met daar omheen verschillende vulkanen, we denken dat één vulkaan zelfs nog actief is; we zien een rookpluim uit de top komen. Verder zien we onderweg honderden lama’s en vicuñas, deze laatste dieren zijn een klein een soort lama die alleen in het wild en op hoogte leven. Onze rit eindigt bij een groot zoutmeer. Was erg indrukkend om die bergen en het zoutmeer samen te zien. De weg blijkt erg goed te zijn en waarschijnlijk hadden we geen 4x4 nodig, al rijdt het wel erg comfortabel over deze wegen. De druk op ons hoofd wordt gedurende de dag steeds minder, zeker doordat we veel water drinken en af en toe een koekje of een mueslireep eten. Heerlijke dag.
Zondag genieten we weer van de enorme bergen van de Andes. Vandaag rijden voornamelijk rond twee vulkanen die beide ongeveer 6.300 meter hoog zijn. Eén van de twee vulkanen heeft ook de perfecte vulkaan vorm, erg mooi om te zien. De vulkanen liggen aan verschillende meertjes en die maakt ze uiteraard nog meer fotogeniek. Later in de middag dalen we weer af naar zeeniveau en we komen aan het eind van de middag in Arica aan. Opvallend genoeg hadden we meer dan genoeg aan de tank diesel waar we in Arica mee zijn begonnen. Ondanks dat het verhuurbedrijf ons gewaarschuwd had hoefden we dus niets meer onderweg bij te kopen. Sterker nog we hadden ruim 300 km extra kunnen rijden; waarschijnlijk rijden ze hier normaal gesproken niet echt economisch. Scheelt ons aardig wat geld. In Putre kost een liter diesel 1.000 Chileense peso’s per liter (dat is € 1,50) en in Arica kost een liter 594 peso’s (ongeveer € 0,90). Van het verschil kunnen we lekker uit eten gaan! We weten dat de brandstof prijzen in Nederland op dit moment erg hoog zijn, alleen hebben we geen idee hoe hoog precies. Zullen we anders wat litertjes als souvenir mee terug nemen?
Onze laatste dag in Chili, maandag, is een lekkere relax dag. ’s Ochtends hebben we eerst de auto ingeleverd en daarna zijn we naar het Christus beeld van Arica boven op een berg gelopen, later hebben we nog wat door de stad geslenterd en aan het eind van de dag zijn we lekker aan zee gaan liggen. Chili is ons fantastisch bevallen. Dankzij de lengte heeft het alles in zich en ook hier heeft Patagonie de meeste indruk gemaakt (al komt Paaseiland hier vrij dicht achter aan). Dinsdag gaan we door naar Peru en dit wordt een stuk avontuurlijker, het zal vergelijkbaar zijn met reizen in Azië. We moeten eerst naar de grens reizen en daar vandaan kunnen we de bus naar Arequipa (onze eerste bestemming in Peru) nemen. Chili en Argentinië kunnen toch wel als westers bestempeld worden en dat zullen Peru en Bolivia allerminst zijn, we kijken er erg naar uit.
Tot dan.
Groetjes,
Lisette en Niels ©
Reacties
Reacties
Wat maken jullie een fantastische reis. Door jullie verhalen en foto's kunnen wij ook meegenieten. Geweldig. Wij
kijken iedere keer weer uit naar jullie verhalen en foto,s.
Groeten uit harmelen Gerard Joke
Op een regenachtige zondag ,zijn we weer helemaal bij met jullie reisverhalen en fotos Wij vinden het allemaal erg leuk en genieten er van
Heel veel groetjes
Theo&Mieke Middelweerd.
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}